Onderhoudstips

Ventilatie is noodzakelijk voor uw gezondheid. In een woning is altijd vocht aanwezig: door ademhalen, koken, douchen of het ophangen van wasgoed. Zorg dat u regelmatig ventileert.

Kijk hier voor tips om vocht en schimmel in u woning te voorkomen.
 

Houdt u de ruimte rond de cv-ketel vrij. Zo kunt u zelf en de onderhoudsmonteur bij de ketel.

Is de druk van uw cv-ketel te laag, dan kunt u zelf de installatie bijvullen. Benodigdheden:
• Vulslang
• Lege emmer
• Droge absorberende doek

1. Zet de thermostaat lager dan de kamertemperatuur, zodat er geen warmte gevraagd wordt.
2. Haal de stekker van de cv-ketel uit het stopcontact, zodat de pomp niet meer werkt.
3. Draai alle radiatorkranen open en laat de installatie enigszins afkoelen.
4. Neem de vulslang die bij uw cv-installatie hoort en sluit deze aan op de koudwaterkraan.
5. Laat vervolgens de slang eerst vol met water lopen, zodat er geen lucht in de cv-installatie komt en sluit de slang vervolgens aan op het vulpunt van de cv installatie. Dit vulpunt is te vinden op de cv ketel of op één van de radiatoren.
6. Draai nu eerst de vulkraan open en daarna pas de koudwaterkraan.
7. Vul water bij tot de wijzer tussen de groene en de rode streep staat (tussen de 1 en 2 atmosfeer).
8. Sluit vervolgens eerst de koudwaterkraan en daarna het vulpunt van de cv installatie.
   • Koppel nu pas de slang af. Let op, er komt nog wat water uit de slang.
   • Steek de stekker van de cv ketel in het stopcontact.
   • Als alles in orde is, gaat de ketel weer branden bij het omhoog zetten van de thermostaat. Laat de verwarming enige tijd opwarmen, draai de thermostaat terug en haal de stekker van de ketel opnieuw uit het stopcontact.
   • Ontlucht daarna de radiator die op het hoogste punt in het huis staat, bijvoorbeeld op zolder. U kunt daarvoor gebruik maken van een ontluchtingssleuteltje.
   • Steek de stekker van de cv ketel weer in het stopcontact en uw cv ketel is weer klaar voor gebruik.

Als het erg koud is kunnen waterleidingen en verwarmingsbuizen bevriezen. U kunt de volgende tips toepassen om bevriezing te voorkomen:

1. Isoleer de waterleiding die uw woning in komt. Gebruik hiervoor isolatiemateriaal of een oude deken.
2. Maak de ruimtes met de watermeter en de hoofdkraan tochtdicht. Dicht kieren en naden en bescherm de hoofdkraan met isolatiemateriaal. Denk ook aan uw watermeter, als deze in een put in de grond zit.
3. Sluit het water naar uw buitenkraan en naar andere leidingen die u niet vaak gebruikt af en maak ze leeg.
4. Gaat het echt vriezen? Zet dan uw thermostaat nooit lager dan 15 graden en draai alle radiatoren een beetje open.
5. En laat de koud water kraan in de keuken met een heel klein straaltje doorlopen. (Wist u dat; 1000 liter water ongeveer € 1,35 kost)

Heeft u helaas een bevroren leiding, dan kunt u het volgende doen om de bevriezing te verhelpen:

1. Controleer of het echt om een bevriezing gaat, door te vragen of uw buren nog wel water hebben. Als dat het geval is, dan is uw waterleiding waarschijnlijk ergens bevroren.
2. Sluit het water af door de hoofdkraan dicht te draaien. Deze bevindt zich meestal in de meterkast of onder een luik achter de voordeur.
3. Controleer of de leidingen bevroren of gescheurd zijn. Bekijk vooral de leidingen op onverwarmde, slecht geïsoleerde plekken. Ziet u ergens een scheurtje? Neem dan contact op met de aannemer via 088 77 000 00 en kiest u voor optie 3.
4. Een bevroren leiding kunt u ontdooien door, o.a.:
   - de verwarming in de ruimte waar de leiding bevroren is aan te zetten
   - een raam of luik te openen
   - een elektrische kachel te plaatsen
   - de leiding te omwikkelen met een doek die doordrenkt is met warm water
   - een föhn
5. Let op! De aannemer komt niet langs om uw leiding te ontdooien.
6. Zet de kranen open en plaats een emmer onder de kranen zonder opvang/afvoer.
7. Wanneer de leiding is ontdooid, open voorzichtig de hoofdkraan. Let op scheurtjes en lekken. Zijn die aanwezig? Vang het water op, draai de hoofdkraan weer dicht en neem contact op met de aannemer via 088 77 000 00 en kiest u voor optie 3.

Wanneer u langer dan een week niet thuis bent geweest, dan heeft het water een tijdje stilgestaan in uw woning. Dit is van invloed op de kwaliteit van het drinkwater. Bij warm weer (25 graden of warmer) is er ook kans dat er bacteriën groeien in de leidingen. Spoel direct na thuiskomst de kranen één minuut door:

• Spoel eerst het toilet door
• Draai alle koud- en warmwaterkranen een minuut lang open. Laat het water rustig stromen en voorkom dat het water vernevelt  
• Houd de sproeikop van de douche onder water in een emmer of haal het sproeistuk van de kraan. Zo voorkomt u dat u de waterdamp inademt.
• Het water kunt u weer gebruiken voor de plantjes in de tuin of op het balkon.